Afgelopen week was het weer zover, ik mocht weer eens een ritje maken met de bus. En ik was helemaal vergeten hoe leuk en gezellig het is om met het openbaar vervoer te reizen. En wat heb ik ze gemist, mijn medepassagiers, ik kan werkelijk niet wachten tot mijn volgende ritje. Want wat moet ik doen zonder:

1) De luid telefonerende puber. Gekleed in een strakke spijkerbroek met daaronder uiteraard een paar afgetrapte Uggs kan ik bij de bushalte al heerlijk meegenieten met dit eenzijdige gesprek, waarbij om de tien seconden het woord k*t, t*ring of t*fus valt. Want ja ja, we hebben het hier natuurlijk wel over een bushalte in Oh oh Den Haag. Uiteraard wordt het gesprek in de bus voortgezet en loopt de puber al bellend de bus weer uit bij de eindbestemming.

2) De psychisch gestoorde puber. Nu denk je misschien dat bovenstaand vloekend exemplaar al psychisch gestoord is, maar dit is gewoon dé normale jeugd, niets mee aan het handje. In tegenstelling tot de pubers die met een gevaarlijke blik om zich heen loeren en tegen iedereen die maar hun kant op durft te kijken sissen: ‘Watt, wattt, wattt zit je te kijken naar me, moet je soms een klap op je t*fushoofd, gek.’

3) Het oude vrouwtje. Geen bus of tram zonder oud vrouwtje. Niets dan respect heb ik voor deze oudjes die zo’n beetje zijn begonnen in de paardentram en nu inmiddels met een OV- chipkaart door Den Haag heen scheuren. Maar helaas bestaat er ook zoiets als het dove oude vrouwtje. Niets mis met een doof oud vrouwtje, behalve dan als er een hele nieuwsgierige tegenover je zit die om de haverklap een vraag stelt, uiteraard over je oh zo schattige kind, maar die totaal niet in staat is om jouw antwoord te verstaan, hoe vaak en hoe hard je het ook noodgedwongen moet herhalen.

4) De stinkerd. Stinkerds komen er in alle soorten en maten. Uiteraard is er de okselstinkerd. Vreselijk stinkend oud zweet en veel te weinig deo. Of überhaupt geen deo, want waarom zou je? Ieuw. En dan is er de ‘Ik heb gisteren kilo’s knoflook op stinkerd.’ Houd alsjeblieft je waffel en kom niet naast mij zitten. En de parfumwolkstinkerd. Tip: niet iedereen vindt jouw parfum lekker, dus 1 keer spuiten is wel genoeg. En tot slot de: natuurlijke lichaamsgeur stinkerd. Geen gebrek aan deo, geen knoflook, geen parfum, nee, deze persoon is ‘gezegend’ met een aangeboren stinkende lichaamsgeur die via elke porie mijn neusgaten invliegt.

5) De moeders met kinderen. Niets mis met deze categorie, toch? Zo’n buggy die het voetpad verspert, wat maakt dat nou uit? Ik had niet door dat je er langs moest, anders was ik heus wel iets naar achteren gegaan zodat je je halte niet miste. En mijn kind was toevallig moe toen hij zes haltes lang aan het krijsen was, doet-ie anders nooit! Alsof jij nooit moe bent? Tsss.

6) De shopper. 1 zitplaats voor deze vrolijk glimlachende vrouw. En 1 zitplaats vol tassen. Vreselijk irritant en alleen acceptabel als die goed gevulde Bijenkorf, Zara en Vero Moda tassen van mij zijn. Zo niet, dan gruwelijk asociaal om een extra zitplaats in beslag te nemen.

7) De bekende van vroeger met ooghandicap. Je weet dat ze je heeft gezien en je weet ook dat zij weet dat jij weet dat zij je heeft gezien. Toch staart ze stoïcijns voor zich uit en probeert ze jouw blik uit alle macht te ontwijken. Want dan moet ze je gedag zeggen en straks wil je een praatje met haar maken. Stel je voor! Daar zit ze toch niet op te wachten! Jij bent echt zo niet interessant voor haar. Met je jengelende kinderen, tsss.

8) De bekende van vroeger deel II. Ik weet dat ze mij heeft gezien en ik weet ook dat zij weet dat ik haar heb gezien. Toch staar ik stoïcijns voor me uit en probeer ik haar blik uit alle macht te ontwijken. Straks zegt ze me gedag en moet ik een praatje met haar maken. Daar heb ik écht zoooo geen zin in. De laatste keer dat ik haar tegenkwam heeft ze ook een uur tegen me aan zitten kletsen over die katten van haar en over dat domme dieet. Alsof mij dat wat kan schelen. Ik zeg: zonnebril op en rijden maar!